Solidariteit is de basis van de arbeidersbeweging en is in bredere zin noodzakelijk om iedere sociale strijd te winnen. Voor velen klinkt dit nu oubollig, of nostalgisch in de oren. Dit is echter geen abstracte tegeltjeswijsheid. Het is juist het gebrek aan solidariteit dat de arbeidersbeweging verzwakt en meer macht geeft aan de werkgevers en rechtse bezuinigingskabinetten. Redactioneel artikel van Revolutie nr. 2.

one fist

Keer op keer wordt de gewone werkende mens verteld dat de oorzaak van diens problemen bij een bepaalde groep mensen ligt. Degenen met een baan worden opgezet tegen degenen zonder baan, omdat die op parasitaire wijze in luxe zouden genieten van hun uitkering die betaald wordt door de werkenden. Dat het aantal uitkeringen in Nederland de laatste tijd gedaald is wegens hogere groeicijfers, toont opnieuw aan dat werkloosheid een probleem is van een slecht functionerend economisch systeem en niet van een groep mensen met een 'parasitaire' instelling.

Overduidelijk is deze verdeel-en-heerspolitiek, wanneer we het hebben over migranten en vluchtelingen. Geen dag gaat voorbij zonder negatief nieuws over migranten. Ook mensen die hier geboren zijn, maar 'geen Nederlands uiterlijk hebben', blijven voor altijd behandeld worden als buitenstaanders. Niet enkel PVV en FvD, maar ook de 'mainstream partijen' doen vrolijk mee aan het maken van een onderscheid tussen de 'gewone Nederlander' en de migranten. De rechtse commentatoren die steen en been klagen over de opkomst van identiteitspolitiek, vergeten gemakshalve dat zij het zelf waren die dit thema sinds de opkomst van Pim Fortuyn in 2002 bijna permanent op de politieke agenda gezet hebben. Identiteitspolitiek over de culturele waarden en identiteit van de Nederlander werkte goed als middel om de Nederlandse werkende klasse tegen elkaar uit te spelen en de politiek van afbraak van sociale verworvenheden door te zetten.

Dit is niet onvermijdelijk. De jaren waarin de culturele kwesties relatief minder speelden, waren de jaren 2004-2006. Dit was precies de periode waarin de klassenstrijd in Nederland oplaaide. In 2004 stonden er meer dan 300.000 mensen op het Museumplein in Amsterdam te demonstreren tegen de bezuinigingsplannen van kabinet-Balkenende II. In 2005 en 2006 wonnen de linkse partijen een groot aantal zetels bij de gemeenteraads- en parlementsverkiezingen. Het was in 2007, toen deze golf inzakte en de SP naar rechts opschoof, dat de weg vrijgemaakt werd voor de PVV en haar solidariteitsondermijnende haatpolitiek.

Ook zogenaamde 'progressieven' werken mee aan het ondermijnen van solidariteit. Postmoderne identiteitspolitiek  gaat uit van het idee dat er in de samenleving verschillende groepen bestaan met allemaal hun unieke ervaring van onderdrukking. Dit is deels waar, een witte mannelijke arbeider bij Tata Steel zit in een andere situatie dan een zwarte vrouwelijke schoonmaakster die net een paar jaar in Nederland is. De laatste ervaart vormen van onderdrukking als vrouw, als zwart persoon en als 'buitenlander'. Echter, het is de taak van de arbeidersbeweging om deze mensen beiden te organiseren, hen samen te brengen en uit te leggen dat hun arbeid onderdeel is van het collectieve proces dat onze rijkdom produceert. Dat zij veel meer met elkaar gemeen hebben dan zij denken en dat het in het belang van beiden is dat er tegen racisme en seksisme gestreden wordt.

Het opdelen van de beweging in steeds kleinere groepen die enkel tegen hun eigen onderdrukking vechten, is contraproductief. Kleine gespecialiseerde groepen kunnen uiteraard op goede wijze punten op de agenda zetten, maar uiteindelijk is er een bredere beweging nodig om maatschappelijke verandering teweeg te brengen. Witte arbeiders 'geprivilegieerd' noemen omdat zij geen racisme ervaren zoals zwarte arbeiders, helpt evenmin. Dit is geen privilege, maar een fundamenteel recht. Niemand zou geweigerd moeten worden voor werk op basis van achternaam, of wegens huidskleur lastiggevallen moeten worden door de politie! Zoals de Black Panther Fred Hampton zei, "we're going to fight racism not with racism, but we're going to fight with solidarity. "

De nieuwste aanval van kabinet-Rutte III op arbeidsgehandicapten is een belangrijk focuspunt voor de beweging. Dit kabinet, geheel in de zak van het grote bedrijfsleven, wil arbeidsgehandicapten 'gemakkelijker in loondienst krijgen' door middel van loondispensatie, oftewel, werkgevers mogen arbeidsgehandicapten minder betalen. Zo kunnen zij in de praktijk arbeidsgehandicapten onder het minimumloon betalen. Ondanks dat er enkele vormen van compensatie via aanvullende bijstand zijn (waar de samenleving dus bedrijven subsidieert om onder het minimumloon te betalen!), wordt pensioensopbouw en sparen op deze manier praktisch onmogelijk.

De strijd tegen deze wet is een strijd voor de gehele beweging. Het idee 'ik ben gezond, dus het raakt mij niet' is exact de basis voor de afbraak van sociale rechten. Als er mensen onder het minimumloon betaald gaan worden, wordt de weg vrijgemaakt voor verdere maatregelen om andere 'onproductieve' groepen onder het minimumloon te gaan betalen. Op een bepaald punt zullen de werkgevers pleiten voor de algehele afschaffing ervan. Geen pensioenopbouw voor arbeidsgehandicapten, betekent dat pensioenopbouw op zichzelf niet meer vanzelfsprekend is. Deze aanval is geen aanval op enkel arbeidsgehandicapten, maar op de gehele arbeidersklasse. Daarom is het nodig om de gehele beweging hiertegen te mobiliseren.

Een aanval op één, is een aanval op allen! Laten we strijden tegen racisme, seksisme en iedere andere vorm van discriminatie, juist omdat het de beweging versterkt, in het belang van iedereen.